Zoekopties
Home Media Explainers Onderzoek & publicaties Statistieken Monetair beleid De euro Betalingsverkeer & markten Werken bij de ECB
Suggesties
Sorteren op

Wat zijn TARGET2-saldi?

12 augustus 2020

Wellicht heeft u in het nieuws gelezen dat sommige eurolanden hoge negatieve TARGET2-saldi (verplichtingen) hebben, terwijl bij andere sprake is van hoge positieve saldi (vorderingen). En dat er allerlei theorieën zijn over wat dat zou kunnen betekenen. Maar wat zijn TARGET2-saldi eigenlijk?

Wat is TARGET2?

TARGET2 (Trans-European Automated Real-time Gross settlement Express Transfer system 2) is een systeem waarmee geld van de ene bank naar de andere wordt overgemaakt. De banken kunnen zich in hetzelfde land bevinden, maar ook in verschillende landen gevestigd zijn. Centrale banken en commerciële banken gebruiken het systeem om eurobetalingen te verwerken en om veilig en gemakkelijk geld aan elkaar over te maken. Dit is van groot belang voor het functioneren van de economie.

Zowel centrale als commerciële banken hebben een rekening bij TARGET2.

Meer informatie over TARGET2 en hoe het werkt

Wat zijn TARGET2-saldi?

In een geïntegreerde markt is geld voortdurend in beweging, ook over landsgrenzen heen. Elke euro wordt weliswaar gecreëerd in een bepaald euroland of door de ECB, maar belandt vervolgens dikwijls ergens anders.

Het saldo van de geldstromen tussen twee landen (d.w.z. de totale instroom minus de totale uitstroom) wordt in de balans van de nationale centrale banken van beide landen opgenomen, ongeacht of de overboeking door een commerciële bank of de centrale bank werd gedaan. Bij elkaar opgeteld vormen deze nettogeldstromen gaandeweg TARGET2-saldi. Daarnaast doet de ECB grensoverschrijdende betalingen in verband haar monetair beleid, en ontvangt de ECB om dezelfde reden geld uit verschillende landen. Hiertoe beschikt de ECB over een eigen TARGET2-rekening.

Om te voorkomen dat elke centrale bank van een euroland een eigen rekening moet aanhouden bij alle andere centrale banken van het eurogebied en bij de ECB, worden alle bilaterale saldi aan het einde van elke dag teruggebracht tot één saldo ten opzichte van de ECB.

In een notendop komt het erop neer dat als de banken in een bepaald land per saldo meer geld via TARGET2 hebben overgemaakt dan ontvangen, de centrale bank van dat land een negatief TARGET2-saldo overhoudt. Als de banken in dat land meer geld ontvangen dan overmaken, dan mondt dit voor de centrale bank uit in een positief saldo. Als de uitstroom en instroom exact gelijk zijn, levert dit de betrokken centrale bank een TARGET2-saldo van nihil op.

Bij elkaar opgeteld vormen deze nettogeldstromen gaandeweg de TARGET2-saldi.

TARGET2-saldi TARGET2-saldi

Waarom maken banken geld over naar banken in andere landen?

Centrale banken en commerciële banken gebruiken TARGET2 om grensoverschrijdende betalingen aan elkaar te doen:

voor goederen, diensten en activa

om (voor henzelf of namens hun klanten) te betalen voor goederen, diensten en financiële activa uit een ander land

om geld aan elkaar te lenen

om geld aan elkaar te lenen

monetair beleid

om het monetair beleid uit te voeren: de nationale centrale banken van het eurogebied kunnen bijvoorbeeld via openmarkttransacties banken geld lenen, mits voldoende onderpand wordt verstrekt

Waarom wordt een positief TARGET2-saldo een vordering genoemd, en een negatief saldo een verplichting?

Dit heeft te maken met hoe balansen boekhoudkundig in elkaar steken. Hierbij gelden twee belangrijke uitgangspunten.

  1. Het eurogebied heeft weliswaar één munteenheid, maar telt meerdere deelnemende landen. Daardoor is er niet één centrale bank met één balans voor de euro. In plaats daarvan heeft de centrale bank van elk land een eigen balans. Hiermee wordt in TARGET2 rekening gehouden.
  2. Als een centrale bank geld creëert, wordt dit in de balans van die centrale bank opgenomen. Het geld wordt op de passivazijde van de balans opgenomen (als deposito); ook de met het gecreëerde geld overeenstemmende activa (vorderingen) worden op de balans opgenomen (bijv. in de vorm van een lening).

Wat betekent dit voor TARGET2? Als er via TARGET2 geld tussen eurolanden wordt overgemaakt, registreert de centrale bank van het ontvangende land dit als een extra verplichting op de eigen balans. Let wel: alleen de verplichting verplaatst zich; het tegenover de verplichting opgenomen actief blijft op de oorspronkelijke balans achter.

Een voorbeeld: als oorspronkelijk in Italië in omloop gebrachte euro's in Duitsland belanden, dan levert dat de Duitse centrale bank boekhoudkundig gezien een extra verplichting (het geld) op, terwijl het desbetreffende actief op de balans van de Italiaanse centrale bank blijft staan. Hierdoor zouden beide balansen niet langer in evenwicht zijn: om het evenwicht te herstellen moet de Duitse centrale bank een sluitpost opnemen om te laten zien dat haar balans nu meer euro's bevat dan de bank oorspronkelijk gecreëerd had. Ook de Italiaanse centrale bank moet een sluitpost opnemen, in dit geval om weer te geven dat haar balans minder euro’s telt dan de bank oorspronkelijk gecreëerd had. Voor de Bundesbank vormt deze sluitpost – het TARGET2-saldo – een vordering, voor de Banca d’Italia een verplichting.

Maar het spreekt voor zich dat het in een muntunie als de onze geen verschil maakt of een euro in het ene land in omloop is gebracht of in een ander. Euro's moeten ergens gecreëerd worden, maar hoeven daar niet te blijven. Het is juist belangrijk dat euro's onbelemmerd tussen landen kunnen stromen; onder meer om die reden is de monetaire unie in het leven geroepen.

Vorderingen en verplichtingen in TARGET2

Vorderingen en verplichtingen in TARGET2 Vorderingen en verplichtingen in TARGET2

Waarom zijn de TARGET2-saldi sinds de financiële crisis opgelopen?

Commerciële banken lenen elkaar doorgaans geld via de geldmarkt. Toen de financiële crisis in 2008 uitbrak, ging dat gepaard met een algeheel verlies aan vertrouwen. Een van de gevolgen daarvan was dat er een geldstroom op gang kwam naar minder kwetsbaar geachte landen. Hierdoor kregen de commerciële banken in de door de crisis zwaarst getroffen landen problemen om financiering aan te trekken. Aangezien de kredietverlening tussen banken cruciaal is voor het functioneren van de banksector kwamen de ECB en de nationale centrale banken van het eurogebied in actie.

De centrale banken verstrekten de commerciële banken de kredieten die ze nodig hadden. Een groot deel van deze kredieten was nodig omdat de markt als financieringsbron was opgedroogd, vooral de financiering door banken in minder kwetsbaar geachte landen aan banken in kwetsbaar geachte landen. Dat de TARGET2-saldi tussen 2008 en 2012 opliepen, kwam dus doordat er meer geld werd gecreëerd dat per saldo in andere landen belandde.

Sinds 2015 lopen de TARGET2-saldi opnieuw op, maar om een andere reden. Dit keer houdt de groei verband met de monetairbeleidsbeslissingen die de ECB samen met alle centrale banken van het Eurosysteem heeft genomen.

Wat hebben de ECB en de nationale centrale banken van het eurogebied vanaf 2015 dan gedaan dat de TARGET2-saldi zo zijn gestegen?

Als onderdeel van een pakket maatregelen om de inflatie in de buurt van haar inflatiedoelstelling te brengen heeft de ECB in 2015 een nieuw programma ingesteld, het programma voor de aankoop van activa. In verband met dit programma kopen de centrale banken in de eurolanden (in ruil voor geld) verschillende soorten schuldpapier op in andere landen. Hierdoor groeit wederom de totale geldhoeveelheid, zij het deze keer door maatregelen van de ECB.

Het schuldpapier dat een centrale bank aankoopt, is vaak in handen van beleggers in een ander land – binnen en buiten het eurogebied – die doorgaans een bankrekening aanhouden in een financieel centrum in het eurogebied, bijvoorbeeld in Frankfurt, Luxemburg of Amsterdam.

Een voorbeeld: de Spaanse centrale bank koopt op grond van het aankoopprogramma een obligatie van een belegger met een bankrekening in Frankfurt. Om het geld op de Duitse bankrekening van de verkoper te krijgen, doet de Banco de España een grensoverschrijdende betaling via TARGET2. Het geld wordt op de bankrekening van de verkoper bijgeschreven en de Duitse centrale bank registreert een toename van haar TARGET2-vordering, terwijl de Banco de España door de transactie haar TARGET2-verplichting ziet toenemen.

Aangezien de centrale banken veel schuldpapier hebben opgekocht van beleggers met een bankrekening in Duitsland, is veel geld daarheen gevloeid. Het geld is vervolgens in landen als Duitsland gebleven, omdat het rendement op andere veilige beleggingen (zoals binnenlandse staatsobligaties) relatief laag was. Door deze opeenhoping van geld is de TARGET2-vordering van de Bundesbank opgelopen. Daartegenover staat dat de verplichtingen van de landen die geld overmaken, zijn toegenomen.

TARGET-saldi van deelnemende nationale centrale banken

TARGET-saldi van deelnemende nationale centrale banken

(miljarden euro; uitstaande bedragen ultimo juni 2020)

Bron: ECB

Is de stijging van de TARGET2-saldi dus niets bijzonders?

De TARGET2-saldi kunnen een belangrijke indicator zijn voor wat er in de economie gebeurt, d.w.z. waar geld binnen het eurogebied naartoe stroomt. Bedacht moet worden dat de saldi zich om verschillende redenen kunnen ontwikkelen, iets om bij de interpretatie ervan rekening te houden. Bovendien zijn grensoverschrijdende geldstromen onlosmakelijk verbonden met onze muntunie.

De TARGET2-saldi fungeren soms als signaal dat er een probleem is, bijvoorbeeld als er veel geld uit een bepaald land stroomt doordat men zich zorgen maakt over de financiële situatie van dat land. In zo’n situatie zijn er ook andere signalen die op een probleem wijzen.

De hoogte van de huidige TARGET2-saldi van de landen hangt vooral samen met de monetairbeleidsmaatregelen die de ECB heeft getroffen om de economie te stimuleren. Ze zijn niet het gevolg van financiële stress en daarom ook geen reden tot zorg.

Meer informatie over dit onderwerp: